11. Jona/Joenoes

Het begin van het verhaal van Jona/Joenoes lijkt op verhalen van andere profeten zoals Noach, die hun volk tevergeefs waarschuwen voor een komende ramp. Maar de afloop is heel anders. Het volk van Joenoes (Koran) c.q. de stad Nineve (Bijbel) bekeert zich voordat de straf van God op hen neerdaalt. God vergeeft hen en laat hen nog een tijd genieten van hun aardse leven.
Maar eerst overkomt Jona/Joenoes het volgende: hij ontvlucht boos zijn volk en gaat aan boord van een schip. Tijdens een storm wordt er geloot wie er overboord moet worden gezet om de lading lichter te maken. Het lot valt op de profeet.
Hij wordt opgeslokt door een vis en krijgt dan wroeging dat hij is weggelopen. Hij roept Allah aan. Allah vergeeft hem en de vis spuugt hem uit op een strand. Allah laat daar een plant over hem heen groeien om hem schaduw te geven. Ook in de Bijbel wordt Jona door een vis opgeslokt en iets later in het verhaal laat God voor Jona een boom groeien.
Wanneer hij is bijgekomen, wordt hij teruggestuurd naar zijn volk, dat zich nu bekeert. Zo wordt de dreigende ramp alsnog afgewend. In de Bijbel wordt de vreemde stad Nineve met name genoemd. In de Koran gaat het om het eigen volk van Joenoes.
Joenoes wordt opgenomen in de indrukwekkende lijst van profeten, en er is in de Koran een hoofdstuk naar hem genoemd. Ook in de Bijbel krijgt Jona een eigen hoofdstuk.
Uit Koran en Bijbel in Verhalen, Unieboek. Click download voor Bijbel en Koran teksten